Fatima & Santiago de Compostela

De gezamenlijke r.-k. parochies Den Haag gaan weer op bedevaart! Deze keer maken we een rondreis per bus naar Fatima in Portugal en Santiago de Compostela in Spanje. Pelgrims uit het hele land zijn welkom om aan te sluiten. Gaat u mee?

Fátima

In de rij van beroemde Mariabedevaartplaatsen mag Fátima in Portugal niet ontbreken. In 1917 – tijdens de Eerste Wereldoorlog – verscheen Maria hier aan drie herderskinderen. Van mei tot en met oktober van dat jaar waren Lucia, Francesco en Jacinta er steeds op de 13e van iedere maand getuige van dat Maria hen aansprak. Deze bijzondere gebeurtenissen, meer dan honderd jaar geleden, spreken nog steeds tot de verbeelding.  

Fátima ontwikkelde zich heel anders dan bijvoorbeeld Lourdes of Banneux en is op zijn eigen manier zeer indrukwekkend. Vooral op de 13e van elke maand. U kunt het op 13 september zelf ervaren.

Het verhaal van Fátima

Fátima is de bekendste bedevaartplaats van Portugal. Op zondag 13 mei 1917 zagen in dit stadje ten noordoosten van Lissabon de drie herderskinderen Lucia, Francisco en Jacinta boven een kleine eikenboom een “mooie dame van wit licht”, zoals ze het zelf omschreven. De vrouw zei: “Wees niet bang. Ik doe je geen kwaad.” De verschijning vroeg de kinderen om een half jaar lang steeds op de 13e van de maand naar deze plek te komen.

Bij de tweede verschijning op 13 juni waren er zo’n zestig andere mensen bij. Op 13 juli waren er al zo’n vier- tot vijfduizend mensen bij de verschijning. Bij de laatste verschijning op 13 oktober waren wel 70.000 mensen aanwezig. Bij die gelegenheid zei de ‘dame’: “Ik ben Onze-Lieve-Vrouw van de Rozenkrans en ik wil op deze plek een kapel ter ere van mij.” Ook zei ze: “De mensen moeten beter gaan leven; ze moeten vergiffenis vragen voor hun zonden.” Niet lang na de verschijningen stierven twee van de drie kinderen. Het meisje Lucia trad in in het klooster en overleed op 13 februari 2005. 

Geheimen

Het verhaal van Fátima is vooral bekend geworden vanwege drie zogeheten boodschappen die Maria aan de drie kinderen gaf. De eerste twee ‘geheimen’ hadden betrekking op het einde van de Eerste Wereldoorlog en het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog en op de opkomst en ondergang van het communisme in Rusland. Pas in 2000 maakte het Vaticaan het derde geheim bekend. Het betrof de voorspelling dat “een bisschop in het wit” groot lijden zou ondergaan. Algemeen wordt aangenomen dat hiermee de aanslag op paus Johannes Paulus II in 1981 wordt bedoeld. Die vond plaats op 13 mei, de feestdag van Onze-Lieve-Vrouw van Fátima. Later liet de paus de kogel die hem trof in de kroon van het Mariabeeld in Fátima verwerken.

Heiligdom

Het heiligdom van Fátima bestaat uit een groot plein en diverse kapellen en basilieken. Het bedevaartplein is ongeveer twee keer zo groot als het Sint-Pietersplein in Rome. Het belangrijkste gebouw is de kapel van de verschijningen. De kapel is gebouwd op de plek waar de verschijningen hebben plaatsgevonden. De exacte plek is gemarkeerd met een marmeren pilaar waarop het beeld van Maria staat. Het meest opvallende gebouw op het bedevaartplein is de basiliek van Onze-Lieve-Vrouw met de 65 meter hoge toren. In 2005 werd recht tegenover de oude basiliek aan de andere kant van het plein een nieuwe kerk gebouwd.

Santiago de Compostela

Bepakt met rugzak en wandelstok gaan ze op pad. Op weg naar Santiago de Compostela. Langs de Jacobsweg kom je altijd pelgrims tegen. Ze zijn onderweg naar het graf van de apostel Jacobus de Meerdere. Na zijn overlijden werd zijn lichaam begraven in de berg Liberdón, waarboven later een grote basiliek werd gebouwd. Zijn botten liggen tegenwoordig onder het hoogaltaar van de kathedraal in Santiago de Compostela. Pelgrims komen na dagen en soms maanden via verschillende routes wandelend of fietsend aan bij dit eindpunt. Ze zijn altijd duidelijk herkenbaar aan de Jacobsschelp, die het symbool is voor de heilige Jacobus.

Camino

De pelgrimsroute naar Santiago wordt de Sint Jacobsroute of Jacobsweg genoemd, maar is vooral bekend onder het Spaanse woord voor weg: de Camino. Vanuit diverse plaatsen in Europa lopen heel oude routes naar Santiago. De oudste route is de Camino Francés, de route die vanaf de Pyreneeën via Noord-Spanje naar Santiago voert.
De redenen om op pad te gaan, zijn vandaag de dag uiteenlopend. Maar om wat voor beweegredenen het ook gaat -religieus, spiritueel, cultureel of sportief- iedere pelgrim zet een oude Europese traditie voort. Deze traditie begon in de negende eeuw toen in het noordwesten van het Iberisch Schiereiland de tombe van Sint-Jakob zou zijn ontdekt.

Heiligdom

Het einde van de Camino is voor elke pelgrim natuurlijk het graf van Sint Jacobus in de kathedraal van Santiago de Compostela. Het graf bevindt zich in de crypte. Daarboven is een beeld van de zittende Jacobus te vinden. Het is traditie dat pelgrims na de mis de trap naar boven klimmen om de apostel te omhelzen.
De kathedraal is de hoofdkerk van het aartsbisdom Santiago. Net als de grote basilieken in Rome heeft ook deze kathedraal een Porta Santa die alleen in een heilig jaar wordt geopend. Dat is elk jaar waarin de feestdag van Sint Jacobus (25 juli) op een zondag valt.